Een door mij geschreven verslag in Het Aquarium, 1986, 56ste jaargang, blz. 65-66.
De krokodilstaarthagedis (Shinisaurus crocodilurus)
Krokodilstaarthagedissen zijn betrekkelijk zeldzame hagedissen, die pas in 1928 voor het eerst werden ontdekt en zeker voor de terrariumliefhebberij vrijwel niet werden geïmporteerd. Vooralsnog werd er nog maar één soort beschreven. Recentelijk werd door een handelaar in Den Haag een aantal van deze opmerkelijke dieren geïmporteerd en kon met deze hagedissen worden kennis gemaakt.
De hagedissen, waar het hier om gaat, zijn afkomstig uit zuidwest China, met name uit de provincie Kuang si. Ze komen daar voornamelijk voor in bosachtige gebieden en leven aan de rand van meren en beekjes.Bij onraad vluchten ze in het water. De dieren hebben een opvallend uiterlijk. De kop doet denken aan die van een varaan. Het lichaam en vooral de staart is voorzien van een dubbele rij opstaande schubben waardoor de gelijkenis met een krokodil frappant is.
De geïmporteerde dieren waren maximaal 35 à 40 cm groot (inclusief staart). Mogelijk dat ze in de loop der tijd nog iets groter kunnen worden maar volgens de spaarzaam voorhanden zijnde gegevens is dit ongeveer de maximale lengte die ze kunnen bereiken.Een duidelijk geslachtsonderscheid viel niet te ontdekken. De dieren waren rustig en lieten zich zonder problemen op de hand nemen. Volgens diezelfde literatuur zouden de dieren zich voeden met levende zoetwatergarnalen en vis. Volgens de informatie van de handelaar aten de dieren echter ook grote hoeveelheden regenwormen en treksprinkhanen. Ook zouden kleine amfibieën, vis en eendagsmuizen op het menu kunnen worden gezet. De krokodilstaarthagedissen lijken een afkeer te hebben van krekels. Voor degene, die deze kostbare hagedissen mocht aanschaffen, zou het aan te bevelen zijn zoveel mogelijk te experimenteren en zo wisselend mogelijk te voeren, om zodoende uiteindelijk achter de voorkeuren van deze dieren te komen.
Aangezien het hier om bodem bewonende, vochtminnende dieren gaat, zouden deze hagedissen gehuisvest moeten worden in een groot, vochtig terrarium met zo veel mogelijk grondoppervlak maar ook met de mogelijkheid om te klimmen, een flinke ondiepe waterpartij met daarin stenen die boven het wateroppervlak uitkomen, lage beplanting en ook op het land stenen en stronken. De temperatuur moet rond de 20 à 24° C worden gehouden. Of de dieren graag zonnen, is niet bekend. Het gedurende enkele uren per dag bestralen met een lichte warmtelamp valt aan te bevelen. Het beste is om in het terrarium een aantal verschillende klimaatomstandigheden te creëren, zodanig dat de dieren de mogelijkheid hebben om zelf hun favoriete plekjes op te zoeken. De laatste jaren is er veel ervaring opgedaan met het houden en verzorgen en zelfs kweken met deze fraaie hagedissen. Dat betekent dat nu ook de eerste kweekinformatie voorhanden is. Het Zoo International Yearbook van 1981 maakt melding van een kweekresultaat in de dierentuin van Peking. Vanwege de prijs, die de dieren moeten opbrengen, zullen de krokodilstaarthagedissen waarschijnlijk buiten de interessesfeer van de meeste liefhebbers vallen. Toch zou het voor de liefhebber een uitdaging kunnen betekenen om deze mini-krokodillen desondanks aan te schaffen en er ervaring mee op te doen. Staat op Red Data List. Er is op Facebook een groep van houders van deze dieren actief.
Literatuur: H. Wilke, Herpetofauna, nr. 34, febr. 1985, blz. 30.
Alle foto’s werden door mijzelf gemaakt. Het waren oorspronkelijk dia’s.