De drang tot verzamelen zit in mijn bloed en mijn moeder heeft een grote bijdrage geleverd aan mijn passie voor het verzamelen van mineralen. Ik kan mij haar niet anders herinneren dan dat zij altijd bezig was glimmende steentjes op te rapen en mee naar huis te nemen. Waar ze ook was, ze had altijd oog voor stenen die op de een of andere manier een beetje afweken. Soms bracht ze exemplaren mee waarvan ik zei: “gooi die maar op het grintpad”, dan kon ze mij quasi gekwetst aankijken en schudde ze haar hoofd. Heel veel jaren geleden belandde zij op reis met mijn vader in Duitsland, in het gebied rond Idar-Oberstein en ik was geïntrigeerd door de verhalen en de prachtige stenen die ze daar vandaan meebracht. Idar-Oberstein is het Duitse Mekka voor de edelstenen en halfedelstenen industrie en het zit daar vol met groothandelaren en detaillisten die hun geld verdienen met de handel in ruwe en geslepen mineralen. Je vindt er slijperijen en de groothandel heeft hier en daar hele terreinen die vol liggen met ruw materiaal. Je kijkt er je ogen uit. Mijn moeder is jarenlang lid van Stichting Geologische Activiteiten (GEA) geweest.
Ik heb naast mineralen ook schelpen en fossielen verzameld, maar daar ben ik op enig moment weer mee gestopt. Een mens moet nu eenmaal erkennen dat ie niet alles kan hebben en tegelijk kan doen. Begin 2015 heb ik ook het grootste deel van mijn mineralenverzameling verkocht. Natuurlijk deed dat wel een beetje pijn, maar ze zijn bij een jonge verzamelaar goed terecht gekomen. Op dit moment heb ik nog steeds een beperkte collectie mooie kleine mineralen en ook nog een flinke collectie geslepen stenen.
In Idar-Oberstein had je destijds, nu al zo’n 50 jaar geleden, een aantal steengroeves waar je naar mineralen kon en mocht zoeken. In die tijd had je daar de Setz groeve en de Jochem groeve. Ook had je er de Steinkaulenberg waar rond 1960 nog actief gewerkt werd, maar die later is verworden tot een toeristische attractie. Ik hoor mijn moeder nog vertellen over een bezoek dat ze rond 1965 aan de Setz groeve hadden gebracht en dat haar toen een emmer vol gesloten geodes werd aangeboden voor een tientje. In die tijd mocht je nog vrij de groeves in en je kon je auto gewoon naar binnen rijden naar de plek waar je van plan was om te gaan zoeken. Voor meer informatie over dit gebied verwijs ik graag naar de beschrijving er van op deze websites. Klik: hier of hier of hier
In de begintijd dat ik actief mineralen heb gezocht was mijn toenmalig schoonvader, de heer J.W.C. Loonen, een belangrijke inspiratiebron. Hij was zelf gefascineerd door deze schatten van de natuur die letterlijk en figuurlijk in de verschillende groeves soms voor het oprapen lagen. Hij was ook lid van de Stichting GEA kring West Brabant en hij was de initiatiefnemer als het ging om het vinden van nieuwe vindplaatsen. Ik heb onuitwisbaar goede herinneringen aan de zoektochten die wij met hem en later ook met Bart en Nelly Oosterman daar in de omgeving van Idar hebben gedaan. Hij was ook degene die ons wees op de mogelijkheden van het vinden van coelestien in Winterswijk en later ook van septaria knollen met calciet, pyriet en chalcopyriet in de omgeving van Boom en Rumst (België).
Zelf heb ik eigenlijk altijd mineralen verzameld om twee redenen: Ten eerste omdat ik ze vaak prachtig vind, er graag naar kijk. Ten tweede omdat het een enorme kick geeft om ze zelf te zoeken en te vinden. Hoewel de wereld op allerlei locaties vol zit met de meest uiteenlopende mineralen met verschillende kleuren en kristalvormen, zijn mijn zoekactiviteiten beperkt gebleven tot de hiervoor genoemde locaties. Natuurlijk heb ik mijn ogen altijd open als ik in een mineralenrijk gebied ben en ik ben altijd geïnteresseerd in wat de locale bevolking eventueel aan te bieden heeft. Tijdens mijn trip door Namibië en Zuid-Afrika heb ik ook regelmatig naar mineralen gezocht. Ik heb toen van een paar locals nog eens een prachtige grote en heldere topaaskristal gekocht.
Mineralen zoeken in de groeves rond Idar Oberstein is beslist geen kinderachtig werk. Ook is het lang niet altijd ongevaarlijk. Hoewel jij je kunt beperken tot het door de groeves slenteren en het omdraaien van hier en daar wat gevallen steen, is dat over het algemeen niet de manier waarop de mooie stukken worden gevonden. Na de eerste keer tegen de beperkingen van het gebruik van te licht materiaal te zijn aangelopen, gaat mij dat daarna dus niet meer gebeuren. Het hoge “ping”-geluid dat het kleine hamertje maakt op veel te grote brokken graniet, verraadt direct dat hier kansarme zoekers aan het “zwoegen” zijn. Gewapend met zware mokers en lange breek- en stootijzers gingen wij jaren achtereen fanatiek de strijd aan met het vaak keiharde moedergesteente. Vooral het gesteente van de Setz bleek over het algemeen onverbiddelijk hard. Toch worden daar vaak wel erg mooie amethisten gevonden. De mineralen uit de omgeving van Idar zijn heel karakteristiek en daardoor gemakkelijk als afkomstig van daar te herkennen. Naast fraaie amethist- en calciet varianten, vind je er mooie agaten, dendrieten, bergkristallen en soms pyriet. Daarnaast vind je er allerlei micro mineralen die overigens in mindere mate mijn belangstelling hadden. Bij het bepalen van een werkplek om te zoeken gingen wij meestal als volgt te werk: We gingen op zoek naar een plek waar onlangs of met dynamiet gesprongen was of waar gewoon gewerkt was door het personeel van de groeve. Dan wist je zeker dat je in vers materiaal aan de slag ging. Daarna bepaalden we of er aanwijzingen waren dat er iets te vinden zou kunnen zijn. Dat deden we door vast te stellen uit welke laag van de berg het gesteente afkomstig was. Ook keken we of er sporen waren van vondsten door eerdere zoekers.
Zo’n steengroeve is gewoon de plaats waar steen wordt gewonnen voor de weg- en woningbouw en voor de steen- en betonindustrie. Meestal wordt een berg systematisch door de eigenaar afgebroken en opgebruikt. Met zware diamantboren worden gaten in het gebergte gemaakt waar springstof in wordt aangebracht, die op een vooraf bepaald moment tot ontploffing wordt gebracht. De werklieden van de groeve weten over het algemeen wel of het een mineralenrijke of -arme laag in het gesteente betreft en in het eerste geval wordt iedereen die daar belang bij heeft en vriendjes is, tijdig gewaarschuwd en van het aanstaande “springen” op de hoogte gebracht. De laatste jaren staat het kort voor zo’n ontploffingsactie voor de hekken van het terrein vol met mensen gewapend met professionele gereedschappen, die elkaar dan verdringen om zo snel mogelijk nadat het groene licht is gegeven, de groeve in te verdwijnen, op zoek naar de plaats waar het “verse” gesteente dan ligt. Vroeger toen de mineralen nog niet zo populair waren, verzamelden de arbeiders ter plekke de vrij gekomen geodes en verkochten deze vaak per emmer vol aan geïnteresseerden, vaak voor een luttel bedrag . Tegenwoordig is een en ander “big business” en brengt iedere steen die ook maar iets van kristalvorm laat zien, grof geld op.
Het mooiste moment om te gaan zoeken is dan ook direct na het springen van een rijke laag in het gesteente. De vrij gevallen en vaak open geodes liggen dan soms eenvoudig voor het oprapen en er is dan niet veel inspanning nodig voor een goed resultaat. Maar vaak heb je tijden van te voren gepland om naar zo’n gebied toe te gaan en weet je dus niet of er in of kort voor die periode gesprongen zal worden. Soms is het lang geleden dat dit het geval was. Je kunt dat meestal wel concluderen uit de activiteiten die er plaats vinden en de restanten die andere zoekers hebben achter gelaten. Het is dan heel vaak zaak om eens goed achter je oor te krabben alvorens aan het werk te gaan. Meestal liggen er hier en daar wel grote brokstukken waar vrijwel altijd al zichtbare breuken in te zien zijn. Het splijten van een aantal van die grote brokken kost met een groot stootijzer meestal niet al te veel moeite en het geeft een indruk van wat er op die plek eventueel te vinden is.
Het is mij eens overkomen dat ik het breekijzer had gezet in een enorme grote brok gesteente van wel 8 meter lang en 3 x 4 meter. Er zat een beginnende breuk in de lengterichting en toen ik het breekijzer erin zette viel de steen vrij gemakkelijk in twee vrijwel gelijke delen uit elkaar. De breuk bleek precies over een kleine geode te lopen, waarvan het kapje in de ene en de geode zelf aan de andere kant van de steen bleef zitten. Dichterbij kijkend bleek de geode een wand te hebben die bezet was met kleine kwarts kristallen en daarop prachtige rode solitaire calciet kristallen. Een van de mooiste stukken die ik hier ooit gezien had, echter niet zo groot en lastig genoeg in midden van de moedersteen. Na het betrekkelijk gemakkelijk splijten van de grote moedersteen moest ik nu gaan beginnen aan een van de grotere klussen die ik daar ooit had gedaan, namelijk het in kleine stukken wegslaan van de moedersteen en het vrij maken van die prachtige geode. Op zich is dat dan wel weer een avontuurlijke klus want het feit dat die ene geode er in zat kon betekenen dat er in de rest van de steen nog meer geodes zouden zitten. Het belangrijkste bij het klein maken van zo’n grote steen is te beoordelen of er geen breuken door de geode zelf zouden ontstaan. Daarbij werk je uiteraard van buiten naar binnen, in de hoop nog meer geodes tegen te komen.
Het was een gigantische klus en samen met Bart Oosterman heb ik uiteindelijk de klus geklaard. Overigens liep er in die tijd daar een groeve opzichter rond: de heer Kurt Bach. Hij was daar een beetje de schrik van de mineralenzoekers en hij hield een oogje in het zeil om te voorkomen dat zoekers gevaarlijke stunts uithaalden of op plekken aan de gang waren waar dat verboden was. De groeve beheerders hebben veel last van verloren beitels en breekijzers die in de machines terecht komen en dan schade en stagnaties veroorzaken. Maar de heer Bach had ook gezien dat het hier om een uitzonderlijk mooie geode ging en heeft meegeholpen met aanwijzingen waar te slaan en heeft zelfs zo nu en dan ook de moker ter hand genomen om assistentie te verlenen. Na een halve dag werk en nog twee andere kleine geodes te hebben onthuld was de steen zodanig klein geworden dat ie te vervoeren was. Daarna heb ik hem bij een slijperij gebracht om hem tot hanteerbare proporties te laten klein zagen. Het met de moker kleiner maken van de steen was op dat moment te risicovol. Zo heb ik mineralen in mijn Idar collectie waar ik betrekkelijk weinig voor heb moeten doen, maar één van de mooiste stukken die ik daar gevonden heb heeft dus een enorme inspanning gevraagd om die vrij te kunnen maken. Zo heeft ieder zelf gevonden stuk in mijn collectie z’n eigen verhaal. Daarnaast is het toch een wonder dat zo’n juweel van Moeder Natuur nadat het misschien wel miljoenen jaren verborgen heeft gezeten, door jou wordt bloot gelegd en aan het daglicht wordt getoond.
Rond 1981 werd ik er op attent gemaakt dat er in de kalksteen groeve van Winterswijk mooie roze coelestien zou worden gevonden. De plek waar dat het geval was werd snel gevonden en inderdaad je kon er vinden zoveel als je maar wilde en inspanning voor wilde verrichten. Als je eenmaal op een goede plek in de ader zat dan was het niet moeilijk om zelfs met licht gereedschap dozen vol van dat materiaal te verzamelen. Het ging om mooie roze coelestien in combinatie met mooie witte calciet kristallen soms ook nog gecombineerd met pyriet. Bijzonder fraaie stukken uit eigen land. De steengroeve van Winterswijk is niet een groeve waar ik regelmatig kom, ik ben er in het totaal dan ook maar een keer of drie geweest en enkel in de periode dat de coelestien te vinden was. Ik heb geen flauw idee of dat materiaal momenteel nog steeds te vinden is.
Hierna volgen in willekeurige volgorde gewoon nog wat zelf gemaakte mooie foto’s van mineralen die ik in mijn collectie heb. Veel er van zijn sterk vergroot:
N.B. Deze pagina is inmiddels vele jaren oud. Ik zoek al meer dan 20 jaar niet meer actief en ben ook niet meer op de hoogte van de stand van zaken rondom Idar. Ik heb wel vrienden die er nog regelmatig komen en aangeven dat het niet zo leuk zoeken meer is als vroeger. Alles is aan regels gebonden, je mag de groeves niet meer in met de auto, je moet betalen om er te mogen zoeken, het gereedschap is aan regels gebonden, je moet een helm dragen en er wordt aangewezen waar je mag zoeken. Ik krijg nog wel eens vragen om tips, maar daar ben ik er te lang voor “uit”.